Bron: Gazet van Antwerpen 13/04/2017, pg. 11
Het aantal Walen dat werk vindt in Vlaanderen, is in twee jaar tijd met ruim 23% gestegen. “De VDAB en de Waalse tegenhanger Forem werken steeds beter samen”, zegt Vlaams minister van Werk Philippe Muyters (N-VA). In 2014 werden 13.498 vacatures in Vlaanderen ingevuld door werkzoekenden uit Wallonië. In 2016 liep dat aantal op tot 16.669. De cijfers werden aan het licht gebracht door Vlaams Parlementslid Emmily Talpe (Open Vld), die ze opvroeg bij minister Philippe Muyters.
Dalende werkloosheid
“De stijging komt er onder meer door de krapte op de Vlaamse arbeidsmarkt”, zegt Muyters. “De werkloosheid in Vlaanderen daalt nu al meer dan een jaar. Daardoor zijn er minder nieuwe arbeidskrachten beschikbaar en moeten bedrijven ook in Brussel en Wallonië gaan zoeken.” “Bovendien is de samenwerking tussen de VDAB in Vlaanderen en de tegenhanger Forem in Wallonië sterk verbeterd”, gaat Muyters verder. “VDAB en Forem sturen elkaar meer vacatures door. En er is bij elk van die organisaties één persoon aangeduid die verantwoordelijk is voor het ingeven van de uitgewisselde vacatures in het systeem.”
Muyters ziet nog een andere verklaring voor de makkelijkere uitwisseling van vacatures tussen Vlaanderen en Wallonië. “De VDAB en Forem beschrijven de vaardigheden die iemand nodig heeft om een functie uit te oefenen op dezelfde overzichtelijke manier, zodat er weinig tijd verloren gaat met het vertalen van het Nederlands naar het Frans en omgekeerd. Ook de samenwerking met Actiris in Brussel verloopt daardoor steeds vlotter.”
“Inhoud job is belangrijker”
Maar speelt de afstand tussen de woon- en werkplaats dan geen rol? “Eigenlijk niet”, zegt Chris Heymans (52), hoofd van de kwaliteitscontrole bij het biotechnologiebedrijf Biocartis in Mechelen. “De inhoud van mijn job is belangrijker dan de tijd die ik nodig heb om er te geraken. Ik woon in de Waalse gemeente Flobecq, in de provincie Henegouwen. Het kost me elke dag twee uur om naar het werk te komen, en nog eens twee uur om terug naar huis te gaan. Maar ik ga met de trein naar Mechelen en fiets daarna tot aan het bedrijf. Op de trein kan ik werken of lezen, en op de fiets verbeter ik mijn conditie.”
“Bovendien is bij Biocartis mijn impact op de maatschappij erg groot, omdat we technologie ontwikkelen die kanker sneller kan opsporen en die ervoor zorgt dat patiënten de juiste geneesmiddelen krijgen.” Het is niet de eerste keer dat Chris voor een Vlaams bedrijf werkt. “Ik heb in een vorig leven bij farmabedrijf Alcon in Puurs gewerkt. Daar heb ik met horten en stoten Nederlands geleerd.”
Ook Pascal Ransbeek (47) werkt in Vlaanderen, maar woont in Wallonië. “Ik rijd van mijn woonplaats Lettelingen in de provincie Henegouwen naar mijn werk bij het informaticabedrijf Brunel in Kontich”, zegt hij. “Met de auto doe ik daar in een enkele rit een uur over. Dat valt dus nog mee. Bovendien is dit een interessante job en biedt Brunel een goede werkomgeving. Die factoren zijn belangrijker dan de tijd dat ik onderweg ben. Mijn vrouw isNederlandstalig. De taalbarrière is voor mij dus niet zo groot.”
christof willocx